Tussen de beide Wereldoorlogen in de twintigste eeuw werd het uitgeveende gebied ten westen van Drachten in ontwikkeling gebracht als landbouwgrond.
De in 1924 opgerichte N.V. Ontginningsmaatschappij De Drie Provinciën was bedoeld om de petgaten in cultuur te brengen. In het gebied werden boerderijen gebouwd, die genoemd zijn naar hoogwaardigheidsbekleders uit die jaren. Mr. M. Slingenbergh, naar wie deze hoeve is genoemd, was in 1933 minister. Het woonhuis heeft een symmetrische voorgevel met een wolfskap en een iets vooruitspringend middengedeelte met een steekkap. Door middel van een lange «hals« wordt het woongedeelte verbonden met de schuur